Blog
Automatisch gezamenlijk gezag bij erkenning
Automatisch gezamenlijk gezag bij erkenning
Op 16 januari 2020 is 3 jaar na het advies van de Raad van State het nieuwe wetsvoorstel over de koppeling van de erkenning en het gezamenlijk gezag voor ongehuwde partners bij de Tweede Kamer ingediend.[1]
Als ouders bij de geboorte getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan, is in de wet nu al opgenomen dat erkenning en gezag automatisch worden geregeld, maar voor de ouders van een kind die bij de geboorte niet zijn getrouwd of een geregistreerd partnerschap hebben, is het opletten geblazen.
Nu is het in de wet nog zo geregeld dat een erkenning van een kind niet ook automatisch ertoe leidt dat de ouder die het kind heeft erkend, ook het gezag over dat kind krijgt. Daarvoor moeten de ouders nog een extra handeling verrichten door dit gezag bij de rechtbank in te schrijven. Wij maken met enige regelmaat mee dat dit wordt vergeten waardoor later allerlei problemen kunnen ontstaan. Zo is een ouder zonder gezag bijvoorbeeld niet bevoegd om medische beslissingen over een kind te nemen. Daarnaast kan er tussen de ouders op het moment dat zij uit elkaar gaan een geschil ontstaan over de vraag of er na scheiding gezamenlijk gezag over het kind moet of kan worden uitgeoefend.
Het wetsvoorstel dat nu is ingediend heeft als doel om te regelen dat de ongehuwde partner van de moeder die het kind erkent ook automatisch het gezag over dat kind krijgt. Met dit wetsvoorstel wordt het onderscheid tussen gehuwde en ongehuwde partners kleiner. Dit past volgens de initiatiefnemers in de veranderende maatschappij waarin steeds meer mensen bewust samenwonen en kinderen krijgen zonder getrouwd te zijn of een geregistreerd partnerschap aan te gaan.
Er gelden wel 5 uitzonderingsgronden op de hoofdregel dat erkenning automatisch ook tot gezag leidt. Zo ontstaat er niet automatisch gezamenlijk gezag als 1) al een voogd met de voogdij over het kind is belast, 2) een voorziening in het gezag over het kind ontbreekt, 3) de ouder die het gezag heeft, dit al gezamenlijk met een ander dan de ouder uitoefent, 4) de moeder en de ouder die het kind erkent in de akte van erkenning verklaren dat de moeder alleen het gezag uitoefent en 5) de moeder geen toestemming voor de erkenning geeft en degene die het kind wil erkennen een verzoek om vervangende toestemming tot erkenning indient bij de rechtbank.
Het is wetsvoorstel is nu in behandeling bij de Tweede Kamer. Of het voorstel in ongeschonden vorm door de Kamer komt en ook door de Eerste Kamer wordt goedgekeurd, zal de tijd leren. Het feit dat het voorstel er nu ligt is voor veel ouders in elk geval een stap in de goede richting. Totdat de wetgeving is aangepast, moeten ouders die niet zijn getrouwd en geen geregistreerd partnerschap hebben er dus erg in houden dat zowel de erkenning als het gezag bij de geboorte van een kind worden geregeld.
[1] Kamerstukken II 2019-2020, 34 605, nr. 6.